
Grenzeloos
Aan de groenbegroeide oevers van het Twentekanaal zaten twee mannen te vissen. Ze waren diep verzonken in het staren naar hun dobbers die kabbelend in het water lagen. Af en toe langsvarende schepen zorgden voor wat deining en maakten dat de rood met witte plastic vormpjes op het water dansten. De zon was netachter de horizon vertrokken en de avondschemering deed haar intrede met de roodpaarse gloed die zich in de lucht achter de bomen aan de overkant verspreidde. De eerste sterren zochten hun plaats aan het firmament. Een koele avondbries blies de warmte van de late zomerzon die zo-even had geschenen van het gelaat van beide mannen.
De twee mannen zaten in het schemerdonker op een afstand van nauwelijks twee meter en kenden elkaar van een basketballclub waarvan ze beiden lid waren. Ze hadden daar afgesproken om te gaan vissen.
'Dit is echt grenzeloos! Zo te zitten met zijn tweeën in de stilte onder het magische licht van de ondergaande zon en de sterrenhemel ' zei Johan terwijl hij voor zich uitstaarde en onopvallend friemelde aan de molen van zijn werphengel.
'Ja he! Maar je hebt net wel de grenzeloze stilte verbroken door te spreken over grenzeloos. Weet jij eigenlijk wel wat dat woord inhoudt'. Vroeg Philip.
Huh? Zei Johan lichtelijk verbaasd over de opmerking van zijn sportmaatje. In een korte stilte overdacht hij de vraag en begon te vertellen.
'Grenzeloos is een woord waarmee bedoeld wordt dat iets oneindig is. Dat er geen grenzen zijn. Onbegrensd, oneindig, eindeloos, eeuwig en onbeperkt zijn synoniemen voor het zelfde woord. Miljoenen denkers over de hele wereld hebben hun hoofd er over gebroken wat het woord werkelijk betekent, maar zijn daarin vastgelopen. Dat is niet zo raar aangezien de gedachte aan het woord iets aangeeft wat eigenlijk onbegrijpelijk is. Want wat betekent een woord en wat betekent een gedachte. De wereld zit vol met door mensen bepaalde grenzen. Dit betreft zowel landsgrenzen als allerlei regels waaraan we ons moeten houden. Het woord “grenzeloos” geeft namelijk iets aan dat wij met ons verstand en onze eigen denkbeelden niet kunnen bevatten. Is immers alles niet begrenst in onze eigen denkkaders? Onze eigen oordelen, overtuigingen, verlangens, begeerten en driften. We denken alles te moeten verklaren en uit te leggen. We denken meestal dat wat wij denken de waarheid is en willen die kostte wat het kost koesteren, verdedigen en behouden. We denken alles te moeten te beschermen wat van ons is. We denken alles te weten, maar wat is waarheid? En vraag je je weleens af wat werkelijk van ons is? Veroorzaakt ons denken eigenlijk niet de illusie, waarin we leven? Is de gedachte niet de oorzaak van onze eigenlijke dwaling, en wordt dit niet bewezen door alleen het woord grenzeloos te gebruiken dat in aardse begrippen onbegrijpelijk is? Want vertel mij wie heeft in deze stoffelijke wereld een werkelijk begrip van het woord “grenzeloos”. Kunnen wij met ons beperkte verstand en eindige leven een inschatting maken van oneinigheid of van tijd? Ik denk het niet! Daarom kan ik stellen dat ons denken beperkt en verdeeld en dat er Iets oneindig groters schuilgaat achter de schimmen van onze gedachten.
Tegenwoordig zijn we allemaal op zoek, we zoeken en verlangen eindeloos in de materie die ons omringd. We zoeken afleiding in werk, carriere en persoonlijk succes. In verschillende vormen van spiritueel of religieus bezig zijn. Eindeloos gedreven en bedreven zijn we daarin. We blijven maar bezig om alles in het werk te stellen zo veel mogelijk voor ons zelf te verklaren en te vergaren. Om maar zo gelukkig en welvarend te leven. Eigenlijk denken we vaak alleen maar aan onszelf en aan hen die ons omringen in ons leventje. Maar houdt het daar werkelijk op. Draait het daar werkelijk om? Is het werkelijk zo van belang dat we ons met zijn allen suf werken om te streven naar zoveel mogelijk persoonlijke rijkdom en aardse macht. Natuurlijk als je gezond bent ben je in de gelukkige omstandigheid dat je kunt kiezen om ergens te gaan werken, daar is niets mis mee. Het is goed als je in je eigen levensonderhoud kunt voorzien. Maar wat gebeurd er als je dat niet meer kunt of niet meer mee wilt doen aan de verwachtingen van anderen of aan de eisen die de prestatiesamenleving aan je stelt. Als je getroffen wordt door ziekte, door een handicap of als je ouder bent. Tegenwoordig moet iedereen aan het werk en degenen die niet werken worden veroordeelt tot een inkomen op minimumniveau. Is dat eigenlijk niet een misvatting die ontstaan is in de hoofden van mensen die aan de macht zijn. Van de 'slimste' mensen die ons leven willen bepalen. Is een mens die ziek, oud of een handicap heeft, of een mens die om een andere reden niet meer mee wil of kan doen met de prestatiedwang en -drang van deze maatschappij dan minder waard dan een mens die wel werkt. Wordt het nut en de waarde van een mens bepaald door wat hij presteert of door wat hij doet? Daar lijkt het veel op in deze samenleving, waar om de haverklap wordt bezuinigd door de machthebbers op de meest kwetsbaren en waar eer wordt betoond aan persoonlijke overwinningskracht. Zijn het niet allemaal windmolens die we najagen, om zo razend hard te werken voor een paar centen om daarmee voor onszelf te kopen wat we willen hebben of om eer en hulde op te strijken voor onze prestaties? Vraag je je wel eens af waarom we dat doen? Waarom we willen uitblinken en waarom we beter willen zijn en beter willen presteren dan alle andere? Is alles niet relatief? Wat is werkelijk van waarde? Komt alle strijd en concurrentie eigenlijk niet voort uit het simpele feit dat we nooit tevreden met onszelf. Dat we op de een of ander manier moeten uitblinken om eer en erkenning te oogsten van andere mensen.
Ik geloof stellig dat alle mensen onze broeders en zusters zijn en dat iedereen op een diep niveau verbonden is met elkaar. Dat we allen Een Zijn. We willen soms liever anders denken vaak alleen omdat de ander iets zegt of doet wat wij hartgrondig afkeuren. Het leven lacht ons soms toe, maar heeft uiteraard zijn keerzijden. Zijn schaduwen. We definiëren het vaak als ongeluk, tegenslag, pech of slecht. Al weer woorden die hun lading niet dekken. Want wat is geluk en wat is ongeluk? Zijn het niet slechts de tegengestelde polen van ons eigen verstand, onze eigen kennis tussen hoop en wanhoop, rechts en links, goed en slecht, winst en verlies, licht en duister, toekomst en verleden, voorkeur en afkeur, haat en liefde tussen welke wij telkens heen en weer worden geslingerd. Het zijn allemaal benamingen ontsproten aan ons denkvermogen en het zijn allemaal woorden. Ze zijn ontstaan uit Niets, uit Leegte, dat tegelijkertijd Alles is. Net zoals de zon is verzonken achter de horizon en het licht ervan wordt opgeslokt door de duisternis, zo leven wij mensen in slechts onze eigenwaan en zelfzuchtigheid. We strijden om om denkbeelden te verdedigen of aan te vallen, we zijn verblind door hebzucht en gierigheid en hebben geen oog meer voor het innerlijk licht dat ons verbindt, het is bedolven onder onze eigen overtuigingen, oordelen, emoties en verlangens. Ikzelf ben geen haar beter of slechter, ik weet niet meer of minder dan andere mensen. Het gaat echter niet om mij, maar het leven geeft ons kansen, mislukkingen en mogelijkheden om onszelf te leren kennen. Je weet dat ik in leven het nodige heb meegemaakt. Toch geloof ik dat. Want het zijn onze eigen gedachten, onze eigen denkbeelden, die de Eenheid verduisteren. We kennen onszelf niet meer. We Zijn Wie we Werkelijk Zijn vergeten. We roepen met ons allen om bevrijding, we strijden en werken om vrede te vinden, maar is de Werkelijk Vrede niet alleen en uitsluitend in Jezelf te vinden? Ik geloof van wel.
Je vraagt wat grenzeloos is? Ik kan het woord niet verklaren. Je zult het antwoord waarschijnlijk kunnen ervaren in je allerdiepste innerlijke Stilte om het te kunnen Weten. Boodschappers van alle tijden spraken er steeds van, maar werden vaak verkeerd begrepen. Ik ben NU maar eenvoudige visser en heb geen verstand van dat soort dingen, wat maar aangeeft hoe klein ' ik' eigenlijk ben.'
Philip zweeg en beide mannen werden weer in beslag genomen door het beeld van de dansende vormpjes op het water, omgeven door het diffuse avondlicht dat even grenzeloos scheen als de hoorbare stilte die hen omringde.
Op July 27, 2017